Richtlijnen Goede Voeding
Wat waren die Richtlijnen Goede Voeding ook alweer?
Het is inmiddels alweer enkele jaren geleden dat in 2015 de nieuwe Richtlijnen Goede Voeding zijn uitgekomen. De voedingswereld was weer even helemaal hot en iedereen had het erover (in mijn omgeving dan). Maar zo nieuw waren die richtlijnen eigenlijk niet, en enkele dingen die we eigenlijk toch al wisten werden nogmaals bevestigd. Groente en fruit zijn belangrijk, kies ten alle tijden voor volkoren, verminder de hoeveelheid suikerhoudende dranken etc. Wel waren de noten bijzonder om terug te zien. Iets wat men eerder als snack zal zien, staat nu gewoon in de Richtlijnen Goede Voeding beschreven. Wel met een grote maar erbij, het gaat namelijk niet om een schaaltje vol met lekkere gezouten noten, maar om een klein handje ongezouten noten per dag. Die je bijvoorbeeld binnen kunt krijgen via pindakaas of notenpasta op je brood.
Samenvatting Richtlijnen Goede Voeding
Hieronder volgt een korte samenvatting van de Richtlijnen Goede Voeding (2015) van de Gezondheidsraad.
In dit advies zet de Gezondheidsraad op een rij welke voedingsmiddelen en -patronen leiden tot gezondheidswinst. Daartoe heeft de raad de wetenschappelijke kennis over de relatie tussen voeding en chronische ziekten systematisch beoordeeld. Op basis hiervan zijn de nieuwe Richtlijnen goede voeding geformuleerd:
* Eet volgens een meer plantaardig en minder dierlijk voedingspatroon conform de onderstaande richtlijnen
* Eet dagelijks ten minste 200 gram groente en ten minste 200 gram fruit
* Eet dagelijks ten minste 90 gram bruin brood, volkorenbrood of andere volkorenproducten
* Eet wekelijks peulvruchten
* Eet ten minste 15 gram ongezouten noten per dag
* Neem enkele porties zuivel per dag, waaronder melk of yoghurt
* Eet een keer per week vis, bij voorkeur vette vis
* Drink dagelijks drie koppen thee
* Vervang geraffineerde graanproducten door volkorenproducten
* Vervang boter, harde margarine en bak- en braadvetten door zachte margarine, vloeibaar bak- en braadvet en plantaardige oliën
* Vervang ongefilterde door gefilterde koffie
* Beperk de consumptie van rood vlees en met name bewerkt vlees
* Drink zo min mogelijk suikerhoudende dranken
* Drink geen alcohol of in ieder geval niet meer dan één glas per dag
* Beperk de inname van keukenzout tot maximaal 6 gram per dag
* Het gebruik van voedingsstofsupplementen is niet nodig, behalve voor mensen die tot een specifieke groep behoren waarvoor een suppletieadvies geldt.
Lees hier de volledige publicatie van de Richtlijnen Goede Voeding (2015).
Een gezond voedingspatroon is essentieel voor een goede voedingstoestand en een goede gezondheid. Met gezonde voeding krijg je alle voedingsstoffen en energie binnen die je lichaam nodig heeft. Een groot deel van de richtlijnen kan logisch klinken, toch kan het toepassen in de praktijk nog een behoorlijke klus zijn. Je weet wel wat gezond is, maar krijgt het niet voor elkaar gezonde(re) keuzes te maken. Of je twijfelt welke producten wel en niet verstandig zijn. Laat de online diëtist van About Health je helpen bij al je vragen en problemen rondom voeding. Bekijk hier de mogelijkheden en laat je overtuigen dat About Health je leven kan veranderen. De About Health methode is namelijk gericht op langdurige gedragsverandering. Dus nee, je krijgt geen dieet, maar leert wat een gezond voedingspatroon is waar je de rest van je leven van kunt profiteren.
Het lastige van voeding
Wat gezond is, is een hele moeilijke vraag waar je wel duizend verschillende antwoorden op kunt krijgen. Waarom dit zo’n omstreden onderwerp is? Dat komt deels doordat onderzoek naar voedingsmiddelen of -stoffen heel moeilijk is. Als je een bepaald product of levensmiddel eet, eet je bijvoorbeeld namelijk niet alleen het calcium of vitamine B12 wat erin zit, je eet veel meer voedingsstoffen, die ook allemaal hun werking kunnen hebben op je gezondheid. Dit gegeven heeft invloed op de resultaten van voedingsonderzoek waardoor deze tegenstrijdig kunnen zijn. Tegenwoordig richten de voedingsrichtlijnen zich niet meer op specifieke voedingsstoffen, maar eerder op groepen en patronen. Bepaalde voedingsgroepen bevatten veel gunstige of minder gunstige voedingsstoffen, wat maakt dat je deze groepen beter wel of niet kunt kiezen.
Een andere reden is de vrije markt van informatie geven. Vrijwel iedereen heeft inmiddels toegang tot het internet en kan via blogs, artikelen en social media zijn of haar producten of ervaringen delen. Iedereen komt in aanraking met eten, iedere dag opnieuw. Dit maakt ons eigenlijk allemaal tot ‘voedingsdeskundigen’. Je hebt ervaringen met bepaalde producten en kunt hier een mening over geven. Echter hoeft jouw (individuele) ervaring niet hetzelfde te zijn als die van andere mensen. Niet erg betrouwbaar dus en men ziet door de bomen het bos niet meer. Idealiter komt hier duidelijkheid in via heldere voedingsrichtlijnen. De mensen die daar op een wetenschappelijke manier aan werken hebben echter tijd nodig. Onderzoek kost nou eenmaal veel tijd (om het resultaat betrouwbaar te maken) en geld (wat er meestal niet echt is). Dit verklaart waarom we nu een bepaalde theorie hebben en dit pas in de toekomstige richtlijnen wordt meegenomen.
Ook willen levensmiddelen ontwikkelaars hun producten verkopen en komen ze met de mooiste campagnes en verhalen om het te promoten. Of dit echter echt goed voor jouw lichaam is, is nog maar de vraag. Sterker nog, de industrie met de meest gezonde levensmiddelen (zoals groente en fruit) promoten hun producten meestal niet zo groots omdat hier geen geld voor is. Wanneer er flinke advertenties op losgelaten worden, is er dus geld die bedoeld is om zoveel mogelijk producten te verkopen, en niet met als doel om de mens gezonde voeding aan te bieden (er zijn hier natuurlijk uitzonderingen op).
Gebruikte en interessante bronnen:
Gezondheidsraad; Richtlijnen Goede Voeding, Voedingscentrum; Schijf van Vijf